Selecteer een pagina

70% bedrijven heeft geheugen en weggegooide harddiscs IT-apparatuur niet gewist en overtreedt dus de AVG

70% van de bedrijven in Groot-Brittannie heeft geen officieel proces of protocol heeft voor het weggooien van verouderde IT-apparatuur. De verwachting is dat de cijfers representatief zijn voor de rest van Europa.

De bedrijven blijken de gegevens van apparatuur en gegevensdragers die zij in de twee maanden na de invoering van de AVG hebben verwijderd, niet te hebben gewist. Dat is volgens de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) wel verplicht.

Bovendien geeft 66% van de werknemers toe dat ze niet eens zouden weten wie ze in hun bedrijf moeten benaderen om oude of onbruikbare apparatuur op de juiste manier af te voeren.

Dat blijkt uit een enquête onder 1.002 Britse werknemers met een volledige of deeltijdse baan, uitgevoerd door Probrand.co.uk.

Probrand is een marktplaats voor business IT in het Verenigd Koninkrijk, met IT-producten, managed IT-services en IT-oplossingen.

Vooral transportsector overtreedt de AVG

Vooral transportbedrijven – waarvan er veel zullen beschikken over klant- en klantadressen en contactinformatie over hun systemen – gaan slordig om met IT-apparatuur die verwijderd wordt, blijkt uit het onderzoek.

Bedrijven in de verkoop en marketing (62%) – waarvan velen ook toegang zullen hebben tot openbare gegevens – waren de op één na meest schuldig aan deze situatie.

Top 10 bedrijfstakken die AVG overtreden

De top 10 industrieën die het meest schuldig zijn aan het niet wissen van het geheugen van IT-apparatuur voordat deze wordt verwijderd:

  • Vervoer – 72%
  • Verkoop en marketing – 62%
  • Productie – 59%
  • Nutsbedrijven – 58%
  • Detailhandel – 57%
  • Onderwijs – 54%
  • Vrije tijd en reizen – 49%
  • Gezondheidszorg en gastvrijheid – 45%
  • Handelaren / administratie – 44%
  • Voorlichting en communicatie – 39%

Verbazingwekkend dat bedrijven zelfs eenvoudig AVG beleid niet op orde hebben

“Gezien de hoeveelheid publiciteit rond de privacywet is het aantoonbaar onmogelijk dat bedrijven nog steeds niet op de hoogte zijn van de regels. Het is dus verbazingwekkend om te ontdekken hoeveel bedrijven er niet in slagen om een aantal van de eenvoudigste praktijken op het gebied van gegevensbescherming te implementeren en te volgen”, zegt Matt Royle, marketingdirecteur bij Probrand.co.uk.

De boetes in verband met een AVG-overtreding kunnen oplopen tot miljoenen. Daarnaast dreigen reputatieschade, minder klantenvertrouwen en minder loyaliteit voor bedrijven die als gevolg van nalatigheid tegen de lamp lopen vanwege een datalek of een controle door de Autoriteit Persoonsgegevens (AP).

Meer AVG awareness nodig. Bedrijven moeten verwijderingsbeleid ontwikkelen

“Gezien deze bevindingen is het duidelijk dat er meer moet worden gedaan om ervoor te zorgen dat alle bedrijven over een verwijderingsprocedure beschikken om te voorkomen dat er per ongeluk gevoelige gegevens uitlekken”, zegt Matt Royle.

Medisch datalek. Fout met persoonsgegevens van 900 hartpatiënten Utrechts Medisch Centrum. Wat kunnen we leren van de media-aandacht, reacties van patiënten en gevolgen voor imago

Het Utrechts Medisch Centrum (UMC) heeft persoonsgegevens van 900 hartpatiënten per post naar verkeerde adressen verstuurd. zijn patiënten, meldt het ANP. Het betreft een deels vooringevulde vragenlijst die twee keer per jaar naar de patiënten wordt gestuurd. Volgens het UMC ligt de fout ’bij de drukker’.

Op de vragenlijst staan naam, adres, postcode, woonplaats, telefoonnummer, geboortedatum, e-mailadres, en huisartsgegevens van de patiënten die deelnemen aan een langlopend onderzoek naar de gevolgen van hartfalen al vooringevuld.

Volgens het UMC stonden er geen medische gegevens van patienten in de vragenlijst. Dat is een vreemde poging van het ziekenhuis om de impact van de datalek af te zwakken. Impliciet weet iedereen die de vragenlijst in handen krijgt namelijk dat deze vragenlijst alleen naar hartpatienten is gestuurd. Het betreft immers een onderzoek voor hartpatienten.

Datalekprocedure UMC

Het Utrechtse ziekenhuis zegt binnen 48 uur na het ontdekken van de fout een brief naar alle 900 hartpatienten te hebben gestuurd. Daar is het ziekenhuis op basis van de regels voor een datalekprocedure volgens de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) ook toe verplicht.

Na het ontdekken van een datalek moet er binnen 72 uur een datalekprocedure worden opgestart, waarbij de Autoriteit Persoonsgegevens en de personen of organisaties die betrokken zijn bij het datalek formeel moeten worden geinformeerd.

“Zo’n grote fout kun je niet met een excuusbriefje afdoen”

In De Telegraaf verwijten enkele betrokken hartpatienten dat het ziekenhuis zich er met de excuusbrief te gemakkelijk vanaf maakt. De journalist en de patienten weten duidelijk niet dat het ziekenhuis handelt op basis van wettelijke voorschriften. Die schrijven voor dat de betroffen partijen moeten worden geinformeerd over de oorzaak van het datalek en de maatregelen die worden getroffen.

Een woordvoerder van het UMC erkent de fout ruiterlijk. „In het productieproces van het orgaan dat dit regelt is inderdaad iets verkeerd gegaan, en dat is heel vervelend. We hebben binnen 48 uur na de eerste melding die excuusbrief laten versturen. Voor de zekerheid hebben we die aan de hele groep van zo’n 900 personen gestuurd.”

Het UMC had bij de formele brief, die door de getroffen patienten als een goedkope excuusbrief wordt ervaren, beter ook uitleg kunnen geven over de AVG en een datalekprocedure kunnen meesturen om de patienten duidelijk te maken dat het ziekenhuis nu automatisch ook een onderzoek kan verwachten van de Autoriteit Persoonsgegevens.

Klacht indienen bij Autoriteit Persoonsgegevens

Eén van de patienten heeft inmiddels zijn grote onvrede schriftelijk kenbaar gemaakt aan het UMC, een voorwaarde om een klacht in te kunnen dienen bij de Autoriteit Persoonsgegevens (AP). Hij zegt zich bovendien bij het UMC Utrecht te laten uitschrijven voor het onderzoek.

Het UMC laat weten te hopen dat de patienten hun medewerking blijven geven aan het onderzoek, omdat het belangrijk is voor de toekomstige zorg voor hart- en vaatpatiënten.