Wat kunnen we leren van de ‘onzinnige’ AVG naambordjes discussie in Duitsland en Oostenrijk?
“Paniekzaaierij door oproerkraaiers die de Europese privacywet in diskrediet willen brengen.” Snoeiharde kritiek van de Autoriteit Persoonsgegevens van de Duitse deelstaat Beieren naar aanleiding van de ophef over een vermeend AVG-verbod op naambordjes in flats en appartementencomplexen. Is die kritiek terecht?
Of is de Europese privacywetgeving gewoon te complex?
Wat kunnen we leren van de discussie in Oostenrijk en Duitsland?
Waarom heeft niemand de Autoriteit Persoonsgegevens om uitleg gevraagd?
Allereerst is het opmerkelijk dat klaarblijkelijk vrijwel niemand tot op heden de toezichthouders in Oostenrijk en Duitsland gevraagd heeft om duidelijkheid te verschaffen naar aanleiding van de onduidelijkheid over de uitleg van de privavyregels ten aanzien van naambordjes.
Wie op Google zoekt op Klingelschild DSGVO ziet dat alle grote Duitse mediasites op het verhaal gedoken zijn. Slechts een enkele site vroeg commentaar aan een toezichthouder.
Kritiek Beierse autoriteit op media en privacybelangenorganisatie slecht onderbouwd
Voorzitter Thomas Kranig van de Beierse autoriteit doet voorkomen alsof de discussie in gang is gezet door tegenstanders van de privacywet en de media. Door mensen die op een rel uit waren om de AVG belachelijk te maken.
Maar die veronderstelling klopt niet.
Hoe begon de naambordjesdiscussie?
De discussie kwam in Wenen op gang naar aanleiding van een klacht van één huurder bij de gemeentelijke woningcorporatie Wiener Wohnen.
De corporatie heeft vervolgens de Magistratsabteilung 63, de afdeling die in Wenen verantwoordelijk is voor gegevensbescherming, geraadpleegd. De Functionaris Gegevensbescherming van deze afdeling kwam vervolgens zelf tot de conclusie dat de combinatie van achternaam en deurnummer daadwerkelijk inbreuk maakt op de Europese privacywetgeving.
Functionaris Gegevensbescherming zet als eerste verkeerde stap
De kwestie is dus niet aangezwengeld door oproerkraaiers. Een Functionaris Gegevensbescherming, iemand die alles van de privacywet zou moeten weten, trok op basis van de wettekst de conclusie dat er sprake was van inbreuk op de AVG.
Logisch besluit wonkngcorporatie om alle naambordjes te verwijderen
Vervolgens kan de Weense woningcorporatie niet anders dan te besluiten om verregaande maatregelen te treffen. Bij overtreding van de regels is het management immers aansprakelijk als de Autoriteit Persoonsgegevens van Oostenrijk een onderzoek instelt naar aanleiding van een klacht van een huurder, waar niets mee gedaan is.
Zeker als blijkt dat er een advies van de FG ligt om 220.000 naambordjes te verwijderen.
Nog steeds geen sprake van stemmingmakerij
Tot zover is er dus nog steeds geen sprake van bewuste stemmingmakerij om de AVG in diskrediet te brengen.
Pas als 220.000 huurders in Wenen een brief krijgen van de woningcorporatie duikt de media er bovenop. Logisch, want het betreft een opmerkelijk besluit met verregaande gevolgen. En dat op basis van een nieuwe wet die veel mensen onzeker maakt. Mede vanwege de hoge boetes die opgelegd kunnen worden.
Geen journalist die Autoriteit Gegevensbescherming om een reactie heeft gevraagd
Wat vervolgens opvalt is dat er geen journalist in Oostenrijk op het idee gekomen is om de Autoriteit Persoonsgegevens om een reactie te vragen.
Dat verwijt valt overigens ook de Functionaris Gegevensbescherming te maken.
Rol privacybelangenorganisatie
De media vroegen wel om een reactie bij ARGE Daten. Een organisatie die zich in Oostenrijk bezighoudt met de privacyrechten van burgers.
Volgens ARGE Daten was het besluit van Wiener Wohnen om alle naambordjes te verwijderen de “enige wettelijk conforme procedure”.
ARGE Daten roept vervolgens huurders op om een klacht in te dienen bij de Autoriteit Persoonsgegevens in Wenen.
Als de Beierse toezichthouder zich kwaad maakt over stemmingmakerij over de Europese privacywet dan zou ARAG Daten daar de aanleiding voor kunnen zijn.
ARAG Daten is geen tegenstander van AVG
Ware het niet dat de Beierse autoriteit praat over stemmingmakerij door tegenstanders van de AVG. ARAG Daten is een organisatie die opkomt voor privacybelangen. ARAG Daten heeft dus belang bij de privacywet. Is geen tegenstander.
Waar komt die stemmingmakerij dan vandaan?
De Beierse autoriteit geeft een uitstekende les privacywetgeving naar aanleiding van de discussie over de naambordjes. Uitleg die iedereen de regels erbij pakt lijkt te moeten kunnen begrijpen. Maar is dat werkelijk zo?
Privacydeskundigen leggen privacyregels anders uit dan Autoriteit Persoonsgegevens
De Functionaris Gegevensbescherming gaf een andere uitleg van dezelfde regels. En hij heeft er voor geleerd.
En hij was niet de enige privacydeskundige die een andere uitleg aan de regels gaf dan de Autoriteit Persoonsgegevens van Beieren.
Toegegeven, andere privacydeskundigen plaatsten vraagtekens bij het besluit van Wiener Wohnen, maar gaven vervolgens toch een andere duiding van de wet dan de Autoriteit Persoonsgegevens.
Max Schremms adviseert verhuurders onterecht om schriftelijk toestemming te vragen
Neem bijvoorbeeld Max Schrems. Hij heeft in heel Europa naam gemaakt met zijn kruistocht tegen Facebook. Schrems wijst er in een tweet op dat de ontmanteling van meer dan 200.000 naambordjes wellicht een wel erg overdreven maatregel is.
@Met alle liefde voor de #AVG“, tweet Schrems. „Maar waar u (al) de toestemming van de huurder heeft, hoeft u niet meer 220.000 naamplaatjes te verwijderen en opnieuw te plaatsen….. Een vragenlijst met een opt-in zou het waarschijnlijk gemakkelijker maken.“
Schrems adviseert als gerenomeerde privacydeskundige dus aan verhuurders om alle huurders schriftelijk om toestemming te vragen om hun naam op een centraal belbord in de hal van een flat te plaatsen.
Maar volgens de Autoriteit Persoonsgegevens hoeven verhuurders niets te doen
De Beierse Autoriteit Persoonsgegevens zegt daar niets over. Volgens de Beierse AP hoeven verhuurders niets te doen.
Duitse advocaat onderbouwt in blog aan de hand van diverse wetten dat naambordjes ook voor AVG al verboden zouden zijn
In Duitsland schreef advocaat Arno Lampmann van advocatenkantoor LHR in Keulen een uitvoerige blog over de naambordjes. Zijn opmerkelijke conclusie was dat de naambordjes ook zonder de AVG eigenlijk al in strijd zijn met andere wetten. Hij verwijst daarbij naar die wetten en haalt er vervolgens ook Max Schremms nog bij om zijn conclusie kracht bij te zetten.
Nog steeds geen spoor van oproerkraaiers die de Europese privacywet in diskrediet brengen.
Deskundigen die geacht mogen worden de privacywet te kennen en te kunnen duiden geven een hele andere uitleg aan de regels dan de Autoriteit Persoonsgegevens van Beieren. Opnieuw geen tegenstanders van de wet. Weer mensen die belang hebben bij de privacywetgeving.
Alle partijen, waaronder de Autoriteit Persoonsgegevens, moeten hand in eigen boesem steken
Het zou de Autoriteit Persoonsgegevens in Beieren, maar ook zijn collega’s in de rest van Europa, sieren om de hand in eigen boesem te steken. De AVG is blijkbaar zo onduidelijk dat zelfs deskundigen de regels anders uitleggen. Die complexiteit zorgt voor onrust en weerstand.
En de deskundigen en de media mogen anderzijds ook zichzelf verwijten maken.
Waarom heeft niemand de moeite genomen om de Autoriteit Persoonsgegevens om een reactie te vragen?
Iedere journalist hoort dat standaard te doen. En iedere FG en jurist die twijfelt over de uitleg van een regel ook.